Van big bang tot burn-out
Witte Hoogendijk & Wilma de Rek
Uitgeverij Balans
Wij mensen stammen, net als alle andere organismen, af van de eencellige die zo’n tien miljard jaar na de oerknal op aarde ontstond. Ook de eencellige had last van stressoren. Zijn grootste stressor was de hitte in de vulkanische oersoep waarin hij leefde.
Nadat de vis zijn intrede had gedaan, zo’n vijfhonderd miljoen jaar geleden, is aan het stressysteem van levende organismen niet meer zoveel toegevoegd. Bij de zoogdieren, die na de vis op aarde kwamen, werd weliswaar het ‘limbisch systeem’ in de hersenen verder ontwikkeld, waardoor emoties meer bij de stressrespons konden worden betrokken. En vanaf de primaten kwam er wat meer hersenschors bij en dus een groeiend bewustzijn. Maar in grote lijnen was het stresssysteem een half miljard jaar geleden wel zo’n beetje aangelegd.
Heel lang konden we daarmee prima uit de voeten. Als onze verre voorvader achter een struik een bewegende gestalte zag waarin hij een leeuw meende te herkennen, sloeg zijn stresssysteem meteen aan. Zijn immuunsysteem bereidde zich alvast voor op dreigende infecties door verwondingen. In zijn lijf begon de adrenaline te stromen en in zijn hersenen de noradrenaline. Zijn oren spitsten zich, de hartslag versnelde, de spieren gingen strak staan, de bloeddruk steeg, de pupillen verwijdden zich en het hormoon cortisol werd aangemaakt. Hij reageerde op de stressor met een stressrespons die hem klaarmaakte om te vechten, te verstijven of te vluchten. Een prima stressrespons die kon helpen te overleven; met een beetje mazzel zat hij hoog en droog in een boom tegen de tijd dat de leeuw hem met opengesperde bek besprong.
De grote vraag is natuurlijk: hoe verder? Het beste antwoord begint met inzicht. Iedereen die last heeft van een stressgerelateerde aandoening, zou zich om te beginnen moeten verdiepen in zijn evolutionaire wordingsgeschiedenis. Om vervolgens te concluderen dat het woord ‘aandoening’ eigenlijk een verkeerd woord is. Hij heeft geen rare aandoening; hij wordt in zijn functioneren belemmerd door stressregulerende rommel van vroeger, net als ieder ander, al wordt niet iedereen er (even) ziek van. (V.K. W.de Rek febr. 2017)